Sportverenigingen zijn groeiende - Sportprijs Utrecht

Sportverenigingen zijn groeiende

Zonder vereniging geen leden, coaches, vrijwilligers, ploegen, talenten en sportmannen en vrouwen! Utrecht kent vele mooie maar ook groeiende sportverenigingen. Respect en discipline staat bij vele verenigingen centraal. Ook nu stellen we weer drie genomineerden aan u voor. Dit keer uit de categorie sportvereniging, namelijk: SVE die in vijf jaar tijd een enorme groei in leden zag, Taekwon Utrecht waar iedereen welkom is en Skatepark Utrecht waar jong en oud naast elkaar skaten. 

Bloeiend SVE wil nu ook jeugd

Dit najaar organiseerde SVE een schooltoernooi. Jasper Graaff, voorzitter: “Dat was leuk, met 118 deelnemers. We hadden er ook veel energie ingestoken, met clinics op de scholen. Niet één van die 118 scholieren is lid geworden…” Zo was het ook met de vluchtelingen in de noodopvang in Overvecht, die werden uitgenodigd om te pingpongen. “Hebben we maar afgeblazen. Niemand kwam.”

Dat klinkt al met al wat treurig. Niks is minder waar. De tafeltennisclub aan de Loevenhoutsedijk groeit en bloeit. Landelijk keldert het aantal tafeltennissers, SVE schoot in vijf jaar van 140 naar 230 leden. “En vooral onder senioren groeit dat nog door. Eigenlijk met weinig inspanning. Bij de jeugd doen we juist veel, maar daar lukt het niet.” Graaff en bestuurslid Anton Boonen hebben een vermoeden: “Tafeltennis niet sexy, niet zichtbaar op tv ook. Een campingsport.”

De club met de fraaie, eigen hal met 13 tafels is financieel kerngezond. Met dank aan de gezelligheid én de kantine. De feestjes trekken liefhebbers van de sport uit wijde omtrek, tot Amsterdam en Brabant aan toe. Die sfeer trekt nieuwe leden, vooral studenten. Graaff: “Toch was het een paar jaar terug een beetje ingezakt. Ron van der Maarel, een van onze leden, zei toen; we gaan er wat van maken. Schouders eronder, beleidsplan maken, initiatieven opzetten. Dat zorgde voor die ledenexplosie. Zelfs onder vrouwen, hoewel die traditioneel niet aan tafeltennis doen. Vijftig hebben we er nu.”

Recreanten genoeg, maar SVE wil ook sportief vooruit. Met eigen jeugd. Het jeugdteam van SVE mag dit voorjaar favoriet zijn voor de landstitel. “Maar dat,” zegt Graaff, “is een ploeg met spelers van elders. We willen ze zelf opleiden, die scholieren vooral.” Nee, de hoop is nog niet opgegeven. Zeker niet sinds de komst van combinatiefunctionaris Martijn Spithoven. Hij moet wel de juiste snaar bij de jeugd zien te raken.

Zelfs de imam zit op Taekwon Utrecht

Respect en discipline. Bij Taekwon Utrecht zijn het kernwaarden. “Het gaat ons niet alleen om de motorische ontwikkeling van de jongeren, maar ook de sociale en cognitieve,” zegt Redouan Dahmane (26) die de club in 2013 oprichtte. Een club midden in de wijk en gemeenschap Hoograven, dat had hij voor ogen. Dat is hem verdraaid goed gelukt. Onder de tachtig kinderen zitten Marokkanen, Turken, Surinamers, Syriërs, Somaliërs. “Jongeren die nooit op een sport hebben gezeten, ook geen voetbal.”

Bovendien traint hij een groep van 15 vaders. En zeven moeders doen aan aerobics. “We hebben ook bestuurders van de moskee hier. Ze steunen ons. Zelfs de imam doet nu aan taekwondo. Ja, daar staan de ouders ook versteld van. Mooi hè.”

Hij kent zijn jongeren, Dahmane komt zelf van Kanaleneiland. “Vaak hebben ze problemen op straat, op school. Soms hebben ze angst, weinig zelfvertrouwen, je ziet hun schouders hangen.” Hij werd op z’n vijfde door zijn vader naar taekwondo gestuurd. “Die regels vond ik niet leuk. Altijd de trainer en tegenstander groeten, nooit je band met je voet van de vloer vegen en je pak moest altijd gestreken zijn, anders kwam je er niet in. Maar de sport heeft me wel gemaakt tot wie ik ben. Je zult vaak verliezen, zeggen we. Maar je zult wel sterk in je schoenen staan.”

Dahmane – hij zat ook acht jaar in het bestuur van VV Hoograven met zijn ‘voorbeeld’ Paul Verweel – wil vanaf nu ook de oude inwoners van Hoograven bij de club betrekken. “We willen er voor iedereen zijn.” Hij heeft meer plannen: “Volgend jaar gaan we op reis met de rode banders, naar toernooien in het buitenland.” En hij heeft een droom. Nu het gymlokaaltje te klein wordt, wil hij een eigen gebouw. “Met Taekwon Utrecht boven de ingang.”

Skatepark Utrecht is in trek

Je moet er even naar zoeken tussen de oude fabriekshallen nabij de Balijebrug. Ook binnen is het rauw en stenig. Maar het past wel. “De hele uitstraling hier is urban,” zegt ook Sean Veerhuis, een van de drie beheerders van Skatepark Utrecht. Sinds augustus 2012 is het indoorpark met z’n rails en obstacles open. “Op dat moment waren we de enige in het midden van het land, we waren meteen in trek bij skateboarders uit het hele land. Van Zwolle tot Tilburg.”

Jaren van ‘lobbyen en knokken’ met de gemeente waren er aan de opening vooraf gegaan, zoals hij zegt. “Met die ramps in enkele parken in de stad, daar waren we klaar mee. In ons klimaat heb je een hal als deze gewoon nodig.”

Op deze vrijdagmiddag is het skatepark gevuld met jonge kereltjes die gehelmd en wel door de hal schieten. “Vanaf zes jaar komen ze. Maar we hebben ook dertigers en veertigers die lekker een paar uurtjes komen skaten. Het is een leuke wereld. Het wordt allemaal wel wat professioneler, maar het blijft relaxed. Het is een bepaald slag mensen.”

De hal is van de gemeente, vertelt Veerhuis, en de stichting betaalt een maatschappelijke huur van € 30.000. Voor 1500 vierkante meter. “Peanuts,” zegt Veerhuis. “We krijgen wel een subsidie op de exploitatie. En we hebben eigen inkomsten van vrije bezoekers, lessen, evenementen en sponsors uit de skatewereld. Afgelopen jaar hadden we hier alleen al zo’n 11.000 vrije skaters.”

Het is in Tokyo 2020 een van de vijf nieuwe sporten op het Olympisch programma. “Dat verdeelt de skatewereld een beetje. De een vindt het fantastisch, de ander blijft bij dat creatieve. Als Skatepark Utrecht hebben we een talententeam dat meedoet aan wedstrijden. Ons doel is ook om meer mensen in beweging te krijgen,” zegt Sean Veerhuis. “Er zijn hier elke dag wel schoolklassen te vinden.”

Klik hier om te stemmen op jouw favoriete sportvereniging

Tekst: Pim van Esschoten
Foto’s: Ankie Hogewind